Clos Culombu
Het Franse eiland Corsica zal voor velen niet bekend staan als wijngebied. Toch wordt er al sinds de oudheid wijn gemaakt en vonden de meeste Corsicanen in de 19e eeuw werk in de wijnbouw. De phylloxera-plaag in 1874 betekende verwoesting van het grootste gedeelte wijngaarden waardoor veel wijnbouwers emigreerden of overstapten op het verbouwen van andere gewassen. Begin jaren zeventig kwam de wijnbouw weer op.
Bijzonder is het terroir, typisch voor AOC Corse-Calvi, dat gesticht is op één van de oudste granieten platforms in Corsica (350 miljoen jaar oud). In de uitlopers van de bergen vind je extreem zanderige bodems en in de vlakten steeds meer leemachtige, soms zelfs kleiachtige bodems. Oude alluviale bodems van klei en leem zijn aangespoeld uit Montegrossu, de 1937 meter hoge berg die uittorent boven de baai van Calvi.
Wijnhuis Clos Culombu
Voor Clos Culombu begon het allemaal in 1973: de grond, de wijnstokken, de druiven en tenslotte de wijn zelf. Paul Suzzoni had al op jonge leeftijd passie voor wijn maken. Met steun van zijn vader kocht hij enkele percelen in de Corsicaanse gemeente Lumiu en Montegrosso. Pauls jongste broer Etienne nam het wijnhuis in 1986 over en breidde de wijngaarden uit. In 2016 voegde Etiennes oudste zoon Paul-Antoine zich bij het bedrijf en kreeg de eer om de 40ste vintage te maken.
De wijngaarden liggen ‘entre mer et montagne’ – tussen zee en bergen. Het wijnhuis verbouwt een aantal van de 30 inheense druivenrassen waarvan de bekendste Niellucciu, Sciacarella en Vermentinu zijn. Wijnstokken, olijfbomen, eikenboomgaarden en weilanden creëren een lappendeken van landbouwgrond van bijna 140 hectare. In harmonie met de bodemsoorten wordt de hele wijngaard gecultiveerd door biologische landbouw en zijn ze bij Clos Culombu nu begonnen met de omschakeling naar biodynamische wijnbouw.